Is de ruimte een projectie van de rand van het waarneembare universum? Dat lijkt een ongewone vraag, ware het niet dat wetenschappers serieus rekening houden met dit idee. Een detector in Duitsland die onderzoek doet naar zwaartekrachtgolven heeft namelijk wellicht iets ontdekt dat meer van belang is dan een kromming in de ruimtetijd. Het ruis dat gedetecteerd is tijdens het experiment met de zogeheten GEO600 kan volgens een deeltjesfysicus van het in de Verenigde Staten gelegen onderzoekscentrum Fermilab de kwantumstructuur van de ruimtetijd zelf zijn en dat zou betekenen dat het nabije deel van het universum in feite een holografische projectie is van wat er 13,7 miljard jaar, toen de oerknal plaatsvond, zich afspeelde.
Het is lang niet zeker dat het ruis daadwerkelijk een projectie is van het verleden, maar volgens wetenschappers bestaat de kans dat we op het punt staan één van de grootste ontdekkingen die de mensheid tot op de dag van vandaag heeft gedaan te doen. Onderzoekers die zich bezighouden met de resultaten die met de GEO600, een zeshonderd meter lange detector in de Duitse stad Hanover, konden geen wijs houden met de detectie van het ruis en schakelden een expert in de kwantumwereld in. Craig Hogan van het Fermilab denkt dat het instrument wellicht de limiet van diens precisie heeft bereikt. De kwanta van ruimtetijd zou hiervoor verantwoordelijk kunnen zijn. Maar wat heeft dit nou precies te maken met hologrammen?
Om te kunnen bevestigen dat de ruimtetijd verpakt is in kwanta zullen wetenschappers moeten gaan werken met de Planck-schaal, wat overeenkomt met een afstand van 10-35 meter. Detectoren die ontwikkeld zijn voor het opsporen van zwaartekrachtgolven zijn in staat om zeer kleine afstandschommelingen te detecteren, maar ze kunnen niet ingezet worden om onderzoek te doen op Planck-schaal. Dit zou echter wel mogelijk zijn als de theorie, die luidt dat het universum dat we zien een holografische projectie is, klopt. Deze theorie is gebaseerd op andere ideeën over het heelal, waaronder de zogeheten ‘zwarte gat paradox’. Wanneer iets in een zwart gat valt en de ‘event horizon’ passeert, is het mogelijk om aan de hand van de kwantuminformatie die uit deze grens op te maken valt meer te weten te komen over het binnenste van het gat. Als dit klopt, wordt het volgens wetenschappers steeds waarschijnlijker dat de informatie in ons eigen universum ook verkregen wordt uit de ‘horizon’ van het heelal, dat in dit geval de rand van het voor ons waarneembare universum zou zijn.
Indien dit idee juist is zal de verkregen informatie op Planck-schaal verkregen kunnen worden en zal de projectie, wij en de ruimtetijd, een driedimensionaal beeld zijn van de rand van het heelal. Volgens Hogan kan de GEO600 de kwanta van ruimtetijd ontdekt hebben als de projectie van de ‘horizon’ van het universum voorkomt groter is de Planck-schaal, mogelijk tot zo’n 10-16 meter. Hij denkt dat wetenschappers met behulp van de detectors die op dit moment in gebruik zijn kunnen uitwijzen of de ideeën kloppen. Het is in ieder geval moeilijk om te begrijpen wat de bevindingen inhouden en fysici zullen de verkregen gegevens uitgebreid moeten analyseren voordat men kan bepalen of alles wat wij mensen zien een gigantische holografische projectie is.
Orginele bron: New Scientist
Bron: astroversum.nl
Voeg toe aan: