Volgende week willen landen als China en Rusland een coup plegen tegen het huidige, voornamelijk private beheer van het internet. Het internet moet onder controle komen van het VN-orgaan International Telecommunications Union (ITU), vinden deze landen.

Wie beheert het internet?

Maar dit heeft verstrekkende gevolgen, die het huidige succesmodel van het internet ernstig bedreigen, waarschuwt Robert McDowell van de Amerikaanse Federal Communications Commission (FCC).

Deze top-down controle druist namelijk op fundamentele wijze in tegen het gedecentraliseerde en privaatrechtelijke karakter van het internet. Er ligt namelijk een voorstel op tafel die het, via de ITU, mogelijk moet maken dat overheden de voorwaarden en de tarieven voor grensoverschrijdend internetverkeer gaan vastleggen.

Ook moeten organisaties als de ICANN en de IETF onder controle komen te staan van de ITU. Het zijn juist deze private organisaties die er voor hebben gezorgd dat het internet het grootste economische succesverhaal uit de geschiedenis is geworden. Momenteel is de enige overheidscontrole van de VS, die dat op afstand doet.

Landen willen staatscontrole

Het mag wellicht eerlijker klinken als de VN over het internet gaat in plaats van de VS, maar veel van de lidstaten hebben slechts een motief: controle. En er zijn veel, heel veel nationale overheden, vooral ontwikkelingslanden, die het ITU-voorstel zien als een uitgelezen kans om meer restricties, toezicht en controle over het internet te krijgen, waarschuwt de FCC.

Volgende week komt het omstreden plan in Geneve ter tafel. De ITU heeft 193 leden. Er zouden momenteel zo'n 90 landen voor het voorstel zijn, bijna een meerderheid, om internet onder controle van de VN te krijgen.