Astronomen hebben ontdekt dat het heelal gevuld is met een merkwaardige “radioruis”, die zes keer krachtiger is dan verwacht. Deze ontdekking is verricht met het ARCADE-instrument aan boord van een stratosferische ballon. De oorspronkelijke missie van ARCADE was het zoeken naar de hitte die afkomstig is van de allereerste sterren, maar in plaats daarvan is men op iets geheel anders gestuit. De herkomst van de radioruis blijft voorlopig een mysterie.
Gedetailleerde analyses van de radioruis hebben uitgesloten dat deze afkomsitg is van oersterren of bekende radiobronnen, inclusief het gas in de buitendelen (halo) van ons melkwegstelsel.
Vele objecten in het universum stoten radiogolven uit. In 1931 wist de Amerikaanse natuurkundige Karl Jansky voor het eerst een kosmische radioruis te detecteren, welke afkomstig bleek te zijn uit de Melkweg. Later is gebleken dat vele sterrenstelsels een vergelijkbare uitstoot van radiogolven produceren, waardoor het heelal doordrongen is met een voortdurende achtergrondruis van radiogolven.
Het probleem is alleen dat het totale aantal van radiosterrenstelsels onvoldoende is om de waargenomen achtergrondruis te veroorzaken. Sterker nog: om de waargenomen ruis te verklaren zou het heelal stampvol met radiostelsels moeten zitten, zonder enige ruimte tussen de stelsels in – dit is duidelijk niet het geval.
Waar de radioruis dan wel door veroorzaakt wordt, blijft voorlopig een mysterie. Overigens was ARCADE niet in staat zijn oorspronkelijke missie te voltooien: het signaal van de eerste sterren blijft voorlopig verborgen in de achtergrondruis.
Bron: astrostart
Voeg toe aan: