Er werd in eerste instantie sceptisch gereageerd op de komst van de E-Cat, of energy catalyzer, vanwege beweringen dat het apparaat zou werken op basis van koude kernfusie.

Nu is bevestigd dat het apparaat 2,6 kilowatt produceert terwijl de input slechts 300 watt bedraagt, zo meldt het Zweedse technologische tijdschrift NyTeknik.

De technologie werd in april gepatenteerd en zal naar verwachting deze herfst op de markt verschijnen.

Uitvinders Andrea Rossi en Sergio Focardi kondigden de E-Cat in januari aan door aan te geven dat ze een reactor hadden gecreëerd die enorme hoeveelheden energie produceert door nikkel- en waterstofkernen te versmelten onder kamertemperatuur.

Wanneer de uitvinding echt blijkt gaat het om een grootse wetenschappelijke prestatie en zou olie overbodig kunnen worden. Het apparaat produceert vrijwel eindeloos energie zonder radioactieve afvalproducten of uitstoot van koolstofdioxide. De uitvinders zeggen dat hun proces acht eenheden output genereert per eenheid input en ongeveer een cent per kilowattuur zou kosten, vele malen goedkoper dan een kolencentrale.

Zoals verwacht zijn er veel sceptici die het bestaan van koude kernfusie ontkennen. Rossi en Focardi hebben nog geen details vrijgegeven over hun proces. Wel hebben ze hun apparaat diverse malen publiekelijk getest en steeds meer tests bevestigen dat het werkt. Natuurkundigen die aanwezig waren lieten weten dat er inderdaad elektriciteit werd opgewekt.

De meest recente tests met de energy catalyzer vonden op 19 en 28 april jongstleden plaats in Bologna. Tijdens de tests werd een output gegenereerd van 2,3 tot 2,6 kilowatt bij een input van 300 watt.

Professoren Sven Kullander en Hanno Essen zijn van mening dat de gevonden waarden enkel kunnen worden verklaard door een nucleaire reactie. Rossi gaat samenwerken met het bedrijf Ampenergo om de technologie achter de E-Cat te verspreiden.

De Universiteiten van Uppsala in Zweden en Bologna in Italië zullen E-Cats krijgen waarop naar hartenlust kan worden getest.