Zoeken
 


‘Wereldwijde ramp voorkomen door uitbannen ozonvretende stoffen’

Laatste wijziging: zaterdag 21 maart 2009 om 23:14, 3597 keer bekeken Print dit artikel Bekijk alle nieuws feeds van onze site
 
zaterdag 21 maart 2009

Het scheelde niet veel of het jaar 2065 had er stukken minder rooskleurig uit gezien als we op dit moment hopen. Uit een onderzoek dat is uitgevoerd door atmosferische chemici van de ruimtevaartorganisatie NASA blijkt namelijk dat ruim twee derde van de ozonlaag, een deel van de atmosfeer dat het leven op aarde bescherming biedt tegen schadelijke straling uit de ruimte, zou zijn verdwenen als 193 landen in 1989 de handen niet ineen hadden geslagen om stoffen die het gas ozon aantasten uit te bannen. De opgestelde computersimulaties laten zien dat het, indien er geen maatregelen waren genomen, over enkele tientallen jaren zo goed als onmogelijk was geweest om veilig in de zon te kunnen lopen zonder kanker te krijgen.

De ozonlaag is het natuurlijke zonnescherm van de aarde, dat de meeste ultraviolette straling van de zon die in aanraking komt met de dampkring absorbeert en blokkeert. Het beschermt het leven op het aardoppervlak tegen straling die schade aan ons DNA toebrengt. Het gas wordt natuurlijk gecreërd en aangevuld door een fotochemische reactie in het bovenste deel van de atmosfeer, waar ultraviolette stralen de aanwezige zuurstofmoleculen in individuele atomen ‘breken’, welke vervolgens in groepjes van drie bij elkaar komen en een ozonmolecuul (O3) vormen. Wanneer het gas meegevoerd wordt door winden, wordt het weer uitgedund door andere atmosferische gassen. Het is een systeem dat in natuurlijke balans is.

Maar CFK’s, die ook wel chloorfluorkoolstoffen worden genoemd en vanaf 1928 veelvuldig in koelkasten en chemische sprays werd gebruikt, verstoorden die balans. In de jaren zeventig en tachtig ontdekten onderzoekers dat de stoffen vrij reactief zijn in de stratosfeer nadat ze vanaf het aardoppervlak zijn uitgestoten. Deze laag is een deel van de atmosfeer dat zich op tien tot vijftig kilometer boven de aarde bevindt en ruim negentig procent van het ozon dat onze planeet verbruikt bevat. Lange tijd zorgde de ultraviolette straling ervoor dat de CFK- en broomverbindingen in de dampkring werden gescheiden en omgezet werden in chloor- en broomelementen, die ozonmoleculen vernietigen.

ozone_74-54
De ozonlaag van 1974 tot 2054 in het slechte scenario. Rood staat voor een grote hoeveelheid ozon en blauw voor een zeer kleine hoeveelheid.
Het ontstaan van een gat in de ozonlaag boven Antarctica in het begin van de jaren tachtig zorgde ervoor dat men zich er bewust van werd dat ozonvretende stoffen uitgeband moesten worden. Wetenschappers zagen onder ogen hoeveel effect de menselijke activiteit had op de aardse dampkring en in 1989 werd dan ook het Montréal-protocol in werking gesteld, dat was opgesteld om de ozonlaag te beschermen tegen schadelijke stoffen. Volgens wetenschapper Paul Newman, die meewerkte aan de studie, moeten we blij zijn dat de CFK’s de ozonlaag niet langer aan konden tasten. Hoewel de resultaten van het onderzoek niet uiterst nauwkeurig zijn en eigenlijk alleen aangeven of de situatie goed of slecht is, is het volgens hem een “juiste beslissing geweest om de wereldwijde uitstoot van chloorfluorkoolstoffen in het bijzonder te beperken.”

Indien het verdrag niet was getekend en CFK’s nog steeds werden uitgestoten, zou de zonkracht in steden die zich rond de middelste breedtegraad van het noordelijk en zuidelijk halfrond bevinden op een onbewolkte zomerdag aan het begin van de middag vijftien bedragen, waardoor onze huid binnen tien minuten zou verbranden. De modellen laten verder zien dat het ozonniveau in de atmosfeer in 2065 zo’n 67 procent gedaald zou zijn, wat betekent dat de intensiteit van de schadelijke straling die het aardoppervlak had bereikt was verdubbeld. Het overgrote deel van de wereldbewolking zou huidkanker hebben gekregen bij het schijnen van de zon en ook planten en dieren zouden van slag raken. Op sommige golflengten zou de intensiteit van de UV-straling zelfs tienduizend keer zo hoog kunnen zijn geweest. Maar zo als het er nu naar uitziet, gaat dat niet gebeuren.

Naar verwachting zullen de schadelijke stoffen over vijftig tot honderd jaar volledig uit de atmosfeer verdwenen zijn. Desondanks zijn er nog genoeg andere problemen met onze aarde, maar het is in ieder geval zeker dat het met de ozonlaag weer de goede kant op gaat.



Bron: astroversum

Voeg toe aan: