Onbegrepen paranormalen

Laatste wijziging: dinsdag 2 april om 09:12, 3908 keer bekeken
 
Groningen, dinsdag 2 april 2013

Irma Ellens Maat  iellens@freeler.nl 

Eerder verschenen in Spiegelbeeld juli/aug 2012.

Het is natuurlijk geweldig om als magnetiseur mensen te helpen. Persoonlijk vind ik het een fantastisch beroep. Er zitten ook keerzijden aan het paranormaal zijn. Soms sta ik er niet om te springen bepaalde dingen van te voren te weten. Het is me eens overkomen dat ik op een bruiloft was en wist dat de echtscheiding enkele jaren later plaats zou vinden. Leuke dingen voorvoelen, daar is niets mis mee en dat komt gelukkig ook voor.

Een andere keerzijde is dat de magnetiseur zichzelf niet kan helpen, hoe sterk zijn of haar energie ook is.  In mijn praktijk heb ik eens een andere magnetiseur geholpen. Hij had slijtagepijn in zijn knieën en vertelde hoe ironisch het was dat wanneer hij zijn eigen handen op de pijnlijke plekken legde dit totaal geen zin had, terwijl hij mensen met soortgelijke klachten altijd heel goed kon helpen. Hetzelfde verschijnsel ervaar ik bijvoorbeeld wel eens met hoofdpijn.

Een magnetiseur is een doorgeefluik, de energie komt van boven en je krijgt er zelf toch soms iets van mee. Ik voel het letterlijk door mijn kruin naar binnen stromen. In tegenstelling tot ander werk, word ik niet moe van mijn  energetisch werk.Voor een patiënt maakt het niet uit of hij als eerste op een behandeldag wordt gemagnetiseerd of als laatste, nooit raakt de magnetische bron uitgeput. Dat is heerlijk. Ik ervaar dat mijn gave in de loop der jaren zelfs krachtiger is geworden.

Gebedsgenezer en magnetiseur Raspoetin die erg van sterke drank hield en daardoor regelmatig behoorlijk dronken was, was in staat om wanneer hij geroepen werd iemand te helpen, zijn dronkenschap als een deken van zich af te werpen. Binnen een paar minuten was hij nuchter en kon hij volop aan het werk, zonder kater.

Ik ben veel degelijker dan Raspoetin en ben nooit dronken geweest. Toch heb ik af en toe wel soortgelijke ervaringen, met alle misverstanden die erbij horen.

Ooit ging er een akelige griep rond waar iedereen twee weken mee onder zeil was. Ik was studente en zou de dag dat ik ziek werd vier mensen te eten krijgen. De ellende begon 's nachts met volle neus, koorts, misselijkheid en zeer pijnlijke keel. Ik kon dan ook amper praten toen ik om tien uur mijn gasten afbelde. Schor en praktisch onhoorbaar klonk mijn stem door de telefoon. De gasten vonden het sneu en wensten me beterschap.

Om twaalf uur, toen mijn zusje Esther, dat in hetzelfde studentenhuis woonde, het voor elkaar had gekregen me naar bed te sturen, gebeurde het. Ik lag nors naar het plafond te kijken en vond het een behoorlijke poppenkast. "Ik ga niet dood en als je gaat liggen dan ben je pas patiënt" had ik tegen haar gezegd. Ineens trok er een tintelend gevoel mijn kruin binnen en dit gleed langzaam maar toch wel binnen twintig seconden naar mijn tenen. Mijn koorts verdween, mijn keel voelde goed, de gewrichtspijn smolt sneller dan sneeuw voor de zon weg en mijn voorhoofd en neus voelden op slag leeg en fris aan. Ik sprong enthousiast uit bed, nodigde Esther uit om met mij om zes uur naar een gezellig restaurantje te gaan, voor en door studenten. Lachend en druk pratend stapten we later op die dag het knusse tentje binnen. We houden best van lekker eten en zijn soms een tikkeltje gulzig. "Ik neem straks  twee toetjes"zei ik hebberig tegen mijn zusje, terwijl wij neerploften naast een tafel voor vier in het half donker. Mijn zusje verbleekte als eerste, en niet door een griepje. Ik zat met de rug naar mijn vier afgebelde gasten toe en kraamde er onnozel uit dat het zo zalig is niet te hoeven koken als je uit eten gaat. Achter mijn rug voelde ik een akelige spanning en het duurde niet lang voordat Esther me duidelijk kon maken wat er aan de hand was. Ze fluisterde "leg het ze maar niet uit, volgens mij zijn dit geen mensen die paras (afkorting voor paranormalen) begrijpen".