Vikingen navigeerden op zee waarschijnlijk met behulp van stenen waarmee ze de stand van de zon bepaalden. Dat hebben Hongaarse wetenschappers aangetoond.
Met behulp van doorschijnende kristallen en mineralen zoals calciet is het mogelijk om bij mist of bewolking de stand van de zon in de gaten te houden. Vikingen gebruikten dit soort stenen mogelijk om tijdens hun zeereizen de noordelijke richting te bepalen.
Dat schrijft onderzoeker Gábor Horváth van de Eötvös Universiteit in Boedpast in het wetenschappelijk tijdschrift Philosophical Transactions of the Royal Society B.
Filter
De onderzoekers hebben aangetoond dat sommige doorschijnende stenen zonlicht op een speciale manier filteren. Door de stenen omhoog te richten en te draaien is het in theorie mogelijk om te bepalen waar het zonlicht vandaan komt, ook als het bewolkt of mistig is, zo meldt New Scientist.
Vikingen maken in hun sagen vaak melding van zogenaamde ‘zonnestenen’ die ze gebruikten om te navigeren in geval van mist of extreme bewolking. Archeologen vermoedden al langer dat het ging om doorschijnende stenen die een lichtpatroon veroorzaakten dat zeevaarders konden aflezen.
Tijd
Wanneer de Vikingen de stand van de zon hadden bepaald, konden ze met behulp van een zonnewijzer waarschijnlijk ook de tijd vaststellen.
Tot nu toe hebben de wetenschappers echter alleen theoretisch bewijs voor het gebruik van zonnestenen. Hoofdonderzoeker Horváth wil met een vervolgonderzoek bepalen of Vikingen in IJsland en Scandinavie ook daadwerkelijk de beschikking hadden over geschikte kristallen en mineralen om de stand van de zon af te lezen.
Attentie: earth-matters.nl
Bron: nu.nl