Eeuwenlang was de Perzische dichter en mysticus Djelal-oed-din Roemí (1207-1273) alleen in het Midden-Oosten en Azië bekend. Maar nu heeft ook het Westen hem ontdekt als een van de allergrootste literaire en spirituele persoonlijkheden die de wereld ooit gekend heeft. Zijn meesterwerk, de Masnavî, een leerdicht dat zes boeken en zon 25.577 versregels beslaat, bestaat uit onderling verweven verhalen, metafysische bespiegelingen en hoge vluchten van lyrische inspiratie.
De levenswijsheid die Roemí in zijn werk tot uitdrukking brengt, openbaart een grote waarheid, namelijk dat al het leven één is.
Het innerlijke pad waarop Mevlânâ (Turks voor 'onze meester') ons wijst, is een weg die door het hart gaat. Roemi heeft als mystiek dichter op geïnspireerde wijze gebruik gemaakt van het woord om zeer diepe, mystieke wijsheden uit de islamitische traditie over te brengen. Toch kwam hij telkens weer uit bij het gevoel dat woorden slechts stof zijn op de spiegel van de `ervaring. In deze wereld is het zaak het hart te zuiveren, te polijsten en uiteindelijk te vervolmaken als een spiegel waarin Gods kwaliteiten zich weerspiegelen. De training van de Mevlevi-derwisjen bestaat daarom uit het onderwijzen en louteren van het hart. Het echte weten kómt immers uit het hart. We hebben het dan niet over het bloedpompende orgaan of een vaag beeld, maar over een bijzondere kwaliteit van de ziel, de kern van de psyche, de drempel tussen ego en geest, de plaats voor innerlijke openbaringen.
Iemand met een leeg en zuiver hart
weerspiegelt beelden van de Onzichtbare.
Hij wordt intuïtief en kent onze diepste gedachten,
want `de gelovigen zijn een spiegel voor elkaar’.
Meer info:
wikipedia.org