Mens zijn, dat doe je samen

Laatste wijziging: maandag 8 februari om 17:08, 3059 keer bekeken
 
Groningen, maandag 8 februari 2010

De wereld volgens ubuntu, de Afrikaanse tegenhanger van Descartes' 'Ik denk, dus ik ben'.

De Afrikaanse tegenhanger van de westerse, op Descartes gebaseerde filosofie ‘ik denk, dus ik ben’, heet ubuntu en luidt ongeveer zo: ‘Ik ben omdat jij bent.’ Of: ‘Ik besta in de mate waarin anderen mij erkennen en respecteren.’ Deze humanistische filosofie is over het hele Afrikaanse continent te vinden. De traditionele Afrikaanse levensstijl – met zijn overgangsriten, de verschillende generaties die met elkaar samenleven en het respect voor de voorouders – is gebaseerd op het principe dat je niet in je eentje mens kan zijn. Daarvoor heb je anderen nodig. Een mens zijn, dat doe je samen.

Alle Afrikaanse talen kennen een woord dat de individuele persoon definieert (umuntu) en een woord dat de mens in zijn sociale context plaatst (ubuntu). Geformuleerd als een definitie uit de sociologie berust ubuntu op het idee dat mensen bestaan bij de gratie van de gemeenschap waartoe zij behoren en dat hun waardigheid wordt ontleend aan de mate waarin zij verantwoordelijkheid nemen voor de andere leden van de gemeenschap. Je identiteit wordt niet zozeer gevormd door een innerlijke zoektocht, maar door een betekenisvolle relatie met je gemeenschap aan te gaan. Sterker nog: je persoonlijke identiteit wordt bepaald door de bijdrage die je aan de gemeenschap levert.

Het idee dat ‘het doel de middelen heiligt’ gaat in ubuntu nooit op. Lenin zei ooit dat ‘het niet verkeerd is om te bedriegen, liegen, beloften te verbreken of zelfs menselijk leven te vernietigen als het “voor de goede zaak” is’. Ubuntu stelt resoluut: ‘Wie een mens doodt, doodt de hele mensheid. Wie een mens redt, redt de hele mensheid.’ De filosofie van ubuntu gaat ervan uit, dat ieder mens in staat is te evolueren naar een hoger plan. Het toppunt van menselijkheid is het talent om in vrede met je medemens te leven.

Compassie staat centraal. Afrikanen staan dan ook bekend om hun ukwenana, wat betekent dat je iets geeft of deelt, zonder daarvoor iets terug te verwachten. In het verlengde hiervan ligt ukusisa, een vorm van investering waarbij de rijken iets afstaan aan de minder bedeelden van de gemeenschap. Zo kan een gezin een koe of geit afstaan, waardoor een arm gemeenschapslid de kans krijgt eveneens een zelfstandig bestaan op te bouwen. Ukusisa brengt de ontvanger niet in verlegenheid, maar maakt hem meer deel van de gemeenschap. In plaats van ngiyabonga, dankjewel, te zeggen, kan de ontvanger ume njalo zeggen, hetgeen betekent: ‘moge u voor altijd staan’.

Ubuntu is niet alleen een filosofie, maar vooral ook erg praktisch en alledaags. Het begint er mee dat je weet hoe je iemand groet. In de Shonataal van Zimbabwe klinkt een ochtendgroet zo: ‘Mangwani. Marara sei?’ (‘Goedemorgen. Heb je goed geslapen?’) ‘Ndarara, kana mararawo.’ (‘Ik heb goed geslapen als jij goed hebt geslapen.’)

Ten aanzien van geld geloven Afrikanen dat de enige relevante vorm van rijkdom díe rijkdom is, die zichtbaar is en ten goede komt aan de gemeenschap. Een goed gevulde bankrekening zegt dus niets en is niets waard. Ook ‘werk’ wordt anders benaderd dan in veel westerse samenlevingen. Het Zuid-Afrikaanse woord voor ‘werk’ is umsebenzi, wat letterlijk ‘dienstbaarheid’ betekent.

Ubuntu onderwijst de kunst van het menszijn. Om die kunst te begrijpen of in de praktijk te brengen, hoef je geen Afrikaan te zijn.

Attentie: aquariusage



Bron: kristijn