VERLICHTING IS NU
Een paar jaar geleden zaten we met een paar vrienden bij elkaar. We wisselden ervaringen uit en mediteerden op thema’s als vriendschap, stilte, verlichting, God, je levensdoel en nog veel meer. Het werd een wekelijkse traditie. Inmiddels is de groep zo groot geworden, dat we naar een andere locatie moeten verhuizen.
Vrijwel alle mensen die ik de afgelopen jaren ontmoette, zijn op weg naar verlichting – al noemt bijna niemand het zo. Maar of je het nu zelfverwezenlijking, vrijheid, God, flow, meesterschap of moeiteloos leven noemt: het komt allemaal neer op meer licht (meer wijsheid, meer inzicht, meer inspiratie, meer helderheid, meer stroom) en minder duisternis (minder vraagtekens, minder ballast, minder ‘bagage’, minder frustratie, minder depressie). Op kruispunten in je leven is de vraag steeds: kies je voor meer licht of voor meer duisternis?
Het streven naar verlichting is waarschijnlijk al zo oud als de mensheid zelf, maar in de moderne consumptiemaatschappij met haar ‘instantoplossingen’ is het in de vergetelheid geraakt. Toch horen sommigen vroeg of laat een innerlijke stem die hen herinnert aan dit mystieke streven. Voor steeds meer mensen is verlichting niet meer een abstract begrip, maar een dagelijkse realiteit geworden. Hier en nu. Zij hebben geleerd om meer betekenis aan hun relaties en werk te geven. Ze hebben meer energie, verwerken tegenslagen sneller en realiseren hun dromen steeds moeitelozer. Ze zijn verlicht in de supermarkt en ze zijn verlicht op feestjes.
Verlichting wordt alledaags. Sari’s, bedelnappen en oranje gewaden blijken overbodig. Ook in spijkerbroek kun je verlicht zijn.
VERLICHTING IS VERANTWOORDELIJKHEID NEMEN
Het was nat en koud toen mijn grootmoeder werd begraven. Ik was twaalf en de dominee had de aanwezigen net verteld dat mevrouw Touber ‘misschien iets te ver was gegaan in haar godsdienstbeleving’. Dat was een understatement. Haar leven was overschaduwd door een tirannieke God die toornig neerkeek op in zonde levende schepsels.
Ik huilde, maar het waren geen tranen van verdriet. Het waren tranen van ontzetting. Ik huilde omdat mijn grootmoeder ongelukkig was gestorven. Omdat een mens ongelukkig kán sterven. En omdat míj dat ook kan gebeuren als ik er niet iets moois van maak. Het waren tranen om een onvervuld leven. Het geloofssysteem van mijn grootmoeder had het haar niet toegestaan gelukkig te zijn. Op kruispunten in haar leven had ze keuzes gemaakt die haar verder van het licht afbrachten. En nu was ze dood.
Ik realiseerde me die dag, dat we altijd een keuze hebben en dat het niet wijs is je leven uit handen te geven – zelfs al geef je het aan God. Het is gevaarlijk te denken dat een ander de schuld is van jouw ongeluk. Als Nelson Mandela dat had gedacht, had hij nu waarschijnlijk niet meer geleefd. Mandela wilde geen slachtoffer zijn. Hij nam – ook in uiterst moeilijke omstandigheden – verantwoordelijkheid voor zijn gedachten en gevoelens.
Een van de eerste inzichten op weg naar meer verlichting is het besef dat ‘de wereld’ niet buiten je is, maar binnen je. Jij creëert je eigen werkelijkheid op basis van je opvattingen, geloofssystemen, ideeën, verlangens, gevoelens, trauma’s, herinneringen. Dat denksysteem projecteer je onbedoeld op de huidige werkelijkheid, waardoor je het vervolgens teruggespiegeld krijgt. De wereld is dus zoals je hem ziet. Is het niet opmerkelijk hoe fantastisch de wereld er uit ziet als je verliefd bent? Als je daarentegen – zoals mijn grootmoeder – kiest om een toornige God je geest te laten domineren, leef je in angst. En daar kun je niemand – ook God niet – de schuld van geven.
Niemand, behalve jijzelf, is verantwoordelijk voor jouw binnenwereld. Voor de meeste mensen is dit moeilijk te aanvaarden, omdat ze het gevoel hebben dat anderen hen van alles aandoen. Maar kan een ander jou verdrietig of boos maken, als jij hem daarvoor geen toestemming geeft? En dan nog: zodra je boos of verdrietig bent, is het jóuw boosheid en is het jóuw verdriet. Een ander of ‘het leven’ daarvan de schuld geven, maakt je tot een gijzelaar, omdat je de macht over je leven uit handen geeft.
Verlichting is het besef dat jij een meester bent. Jij creëert op ieder moment je eigen realiteit op basis van je gedachten (die vervolgens leiden tot gevoelens en emoties). Jouw enige verantwoordelijkheid is je bewustzijn. Als jij jouw binnenwereld mooi maakt, wordt de buitenwereld dat vanzelf ook. Verlichting is verantwoordelijkheid nemen en nooit meer slachtoffer zijn.
VERLICHTING IS LUISTEREN
Op mijn vierentwintigste was ik succesvol popmuzikant. Ik had zojuist de titeltrack geschreven voor de film Amsterdamned en mijn band, Loïs Lane, stond op het punt om door te breken. Toch hoorde ik af en toe een kritische stem van binnen: ‘Zou je niet eens een vak leren, jongen?’ Om die stem te sussen, ging ik – tegen mijn gevoel in – toonladders studeren en ingewikkelde akkoorden oefenen. Hard werken, discipline, tucht. In die maanden dat ik zo aan het ploeteren was, heb ik geen fatsoenlijk nummer kunnen schrijven. Het leek wel of ik was afgesneden van mijn gevoel.
Op een ochtend zette ik een plaat van Otis Redding op, de oude soulman die live in Parijs het hartverscheurende Try a Little Tenderness zong. De blazers waren vals, de opname kraakte, maar ik had niets in te brengen tegen de tranen die over mijn wangen stroomden. Otis raakte mijn hart met zijn bezielde eenvoud. Dít was hoe ik muziek wilde maken. Ik besloot niet naar het Conservatorium te gaan en naar mijn gevoel te luisteren.
Wanneer je bent afgesneden van je hart, maak je op kruispunten onnatuurlijke keuzes. Diep van binnen weet je wat goed is en het is de kunst te luisteren naar die stem. Luisteren vraagt om tijd, aandacht en stilte. Ik sta ’s ochtends meestal vroeg op om te luisteren – naar mijzelf en naar een ‘hogere’ stem, die ik God ben gaan noemen. Deze stille momenten kleuren mijn dag en fluisteren tegen mij op kruispunten. Ik hoef dan niet lang na te denken, maar ‘hoor’ antwoorden.
Op kruispunten kun je twee dingen doen: nadenken of luisteren. Nadenken is twijfelen. Het brengt je meestal verder van je innerlijk weten. Luisteren brengt je er juist naar toe. Mozart hóórde zijn symfonieën voor hij ze opschreef. Het kan geen toeval zijn dat vrijwel alle geniale ideeën ‘invallen’ zijn. Vaak komen die ingevingen op onbewaakte momenten, omdat je dan niet teveel nadenkt en open staat om te ontvangen.
Verlichting komt voort uit een luisterende houding. Durf gevoelig te zijn en wees bereid je eigen gedachten even stil te leggen. Wanneer je loskomt van je denken, ervaar je de rust en stilte van je diepste wezen. Vanuit dit innerlijke stiltepunt sta je open voor een hogere wijsheid.
VERLICHTING IS ACCEPTEREN EN LOSLATEN
Als ik wel eens lezingen geef, is één van de onvermijdelijke vragen altijd: hoe verwerk ik de pijn van het verleden? Omdat ik daarin zelf ook niet zo goed ben, vroeg ik het aan iedere wijze of heilige die ik tegenkwam. Het verlossende antwoord kwam van een bevriende yogi. Toen ik de vraag stelde, kreeg hij een twinkeling in zijn ogen en zei alleen maar: ‘Acceptatie, acceptatie, acceptatie.’ Later verduidelijkte hij: ‘Druk de innerlijke stemmen van pijn niet meer weg, maar laat ze toe. Accepteer ze volledig. Omarm ze.’
Omarm de pijn, omarm het verdriet, omarm de wrok. Maar hoe? We zijn gewend pijn weg te drukken, weg te eten, weg te redeneren, weg te zappen. Maar in plaats van je hele leven op de loop te blijven, kun je ook een keer gaan zitten om te luisteren. Een gehoorde en geaccepteerde stem komt tot rust en vraagt niet meer voortdurend om aandacht. Dit is de eerste stap op weg naar het verwerken en loslaten van oud zeer.
Veel van onze levensenergie gaat verloren doordat we onszelf, anderen en situaties niet accepteren. Velen hebben er zelfs hun levenstaak van hebben gemaakt om anderen te veranderen. Ook wel eens geprobeerd? Ging het?
De reden waarom het meestal niet lukt, is omdat iemand die zich niet geaccepteerd voelt, in verzet komt. De luiken gaan dicht, de poort gaat omhoog en de stellingen worden nog grimmiger ingenomen. Wanneer je daarentegen begint met de ander volledig te accepteren zoals hij is – en dat ook laat merken – ontspant hij zich en stelt zich voor je open. De paradox: hoe minder je een ander wilt veranderen, hoe meer invloed je hebt. Hoe meer dwang je gebruikt, hoe groter het verzet wordt. Dat geldt ook voor een pijnlijk verleden dat je niet accepteert.
De innerlijke en uiterlijke strijd die veel van ons zo zwaar maakt, is het gevolg van het niet accepteren – en dus onderdrukken – van alle ‘stemmen’. Stemmen die niet worden geaccepteerd, gaan zich als verschoppelingen gedragen. Ze kunnen je gaan terroriseren en vanuit steeds dieper gegraven schuttersputjes en loopgraven bestoken. Volledige acceptatie is alleen mogelijk als je geen moreel oordeel hebt. Wanneer je een stem fout, zondig, schadelijk of dom vindt, accepteer je hem niet en verschanst hij zich dieper. Verlichting betekent dat niets in het duister blijft; dat elke stem in het licht mag staan, óók de stem die jouw pijn, verdriet, angst of haat vertegenwoordigt. En dan word je wie je altijd al was: jezelf. Verlichting is jezelf zijn.
VERLICHTING IS BESEFFEN DAT JE ONSTERFELIJK BENT
Ik weet het nog goed. Zestien jaar geleden zat ik in een tram naast een jongen die mij bijzonder gelukkig toe straalde. Toen ik zijn glimlach beantwoorde, zei hij: ‘Ik ben een zonnestraal.’ Ik keek hem verbaasd aan en zei: ‘Ik ben een ster.’ Hij vertelde me dat hij een dagje vrij had uit de open inrichting waar hij werd behandeld voor waandenkbeelden. Ik vertelde hem dat hij volgens mij niet ver van de waarheid zat.
Twee gekken in de tram?
Gek of niet, ik heb mijn leven te danken aan het feit dat ik een ster ben, of anders gezegd: onstoffelijke energie, een wezen met een spirituele identiteit. Ik ervoer mijzelf tijdens meditaties steeds meer als ‘lichtwezen’, en steeds minder als een stoffelijk wezen. Ik had – en blijf even bij me – ook wel eens de ervaring dat ik boven mijn lichaam uitstijgde en in contact kwam met spirituele dimensies die boven tijd en ruimte staan. Ik realiseerde me toen dat ‘ik’ onsterfelijk ben, het enige dat ‘sterft’, is mijn stoffelijk lichaam. Het besef dat ik een ‘ster’ ben, bevrijdde me van een hoop onbewuste angsten voor dood en verlies.
En natuurlijk word je dan meteen op de proef gesteld. Op een nacht werd ik overvallen. De twee mannen – beiden met een mes – waren erg nerveus en dreigden mij dood te steken als ik niet snel mijn geld gaf en de sleutel tot het meditatiecentrum waar ik voor stond en waar mensen lagen te slapen en waarvan zij dachten dat er geld viel te halen. Mijn geld mochten ze hebben, maar de sleutel wilde ik niet geven. Toen ik mij – na de aanvankelijke schrik – realiseerde dat ik onsterfelijk was, verdween zowaar de angst en kwam er een serene rust. Die moet zijn overgeslagen, want na een tijdje werden de messen opgeborgen en werd de stemming gemoedelijker. De sleutels mocht ik houden en zelfs mijn Parkerpen kreeg ik terug.
Wanneer je jezelf als energie gaat zien, word je steeds lichter. Je realiseert je dat je niets te verliezen hebt. Janis Joplin zong het al: ‘Freedom is just another word for nothing left to loose’. Want: wat kun je eigenlijk verliezen? Alles buiten jou – relaties, huizen, banen, auto’s, zelfs je eigen lichaam – is nooit van jou geweest. Iets wat niet van jou is, kun je ook niet kwijtraken. En alles dat wél van jou is – je kracht, je liefde, je vrede, je innerlijke schoonheid – kun je nooit kwijtraken. Je kunt het ten hoogste uit het oog verliezen.
Verlichting betekent dat je steeds meer zicht krijgt op je eigen innerlijke schoonheid en dat gaat koesteren. Verlichting betekent dat je innerlijk licht weer gaat stralen. Er was eens een koning die dat kon. De koning was extreem rijk zonder gierig te zijn. Een wijze uit een naburig land bezocht de koning en wilde weten hoe hij zo onthecht kon zijn. De koning: ‘Vanavond vertel ik je mijn geheim. Wees vandaag mijn gast, geniet van het paleis en de tuinen. Doe of je thuis bent.’ Vóór de wijze op pad ging, gaf de koning hem een kaars met het verzoek deze brandend te houden tot zij elkaar weer zouden treffen.
Die avond genoten zij samen van een heerlijk diner. De koning vroeg wat de wijze had gezien. De man beschreef de schitterende wandtapijten, de fonteinen, de balzaal en de bloeiende tuinen. ‘Maar’, zei hij, ‘ik was mij ook voortdurend bewust van de kaars die ik brandend moest houden.’ ‘En dat’, sprak de koning, ‘is mijn geheim.’ De koning hield de lamp van de ziel brandend. Hij bleef verlicht.
VERLICHTING IS HEEL ZIJN
‘Niets, helemaal niets. Het is helemaal zwart’, zei Glenn. Hij kon zich geen enkel moment in zijn leven herinneren waarop hij zich veilig had gevoeld. Daarom was Glenn aan de drugs geraakt en daarom zat ik nu tegenover hem in de gevangenis. Maar ík kon na de meditatieles weer naar huis, híj moest blijven. Door middel van een geleide meditatie kwam Glenn in contact met de spirituele dimensie. Voor het eerst van zijn leven voelde hij zich veilig. Hij was thuis gekomen in zichzelf. Hij had zich nooit beseft dat die veiligheid zo dicht bij was.
Veel mensen missen een dieper gevoel van geborgenheid. Ze leven in een wereld van vergankelijkheid en ervaren zelden hun eeuwige spirituele identiteit. Van bijnadoodervaringen weten we hoe bevrijdend het is deze dimensie te ervaren. Het voelt als thuiskomen, als verlossing, als bevrijding of verlichting.
Het goede nieuws: je hoeft niet bijna dood te gaan om verlichting te ervaren! In meditatie kun je nu al ‘bijna dood gaan’. Mensen vragen mij wel eens waarom ik zo jong ging mediteren: ‘Dat kun je toch ook doen als je vijfenzestig bent?’ Maar misschien is het dan wel te laat. Misschien kijk je dan terug en denk je: als ik dat eerder had geweten… Waarom zou je wachten? Waarom zou je niet nu al thuiskomen bij jezelf en bij de bron, God, de schepper, de hoogste ziel of welke andere naam je aanspreekt.
In de spirituele dimensie is er geen verdeeldheid. Hier zijn geen tegenstellingen tussen goed en kwaad, man en vrouw, Ajax en Feyenoord. En omdat er geen tegenstelling is, is er geen strijd. Er zijn geen problemen, alleen maar oplossingen. Hier ervaar je jezelf als heel; een mens – of ziel, eigenlijk – uit één stuk. Als je weet wie je bent, wordt het ook duidelijk wat je levenspad is. Twijfel verdwijnt. Je pad wordt verlicht.
VERLICHTING IS VISUALISEREN
In mijn buurt werden kapotte ramen niet meer vervangen, maar dichtgespijkerd. Ik wilde weg, maar veel geld om een mooi, nieuw huis te kopen, had ik niet. Ik had gehoord en gelezen van mensen die alles wat ze nodig hebben visualiseren: een nieuwe baan, een geliefde, gezondheid, geld… Ik besloot mijn nieuwe huis te visualiseren. Mijn droomhuis is hoog, bedacht ik. Vanuit mijn slaapkamer kijk ik uit op zee, vanuit de andere kant op bossen. Het ligt aan de rand van een grote stad. Het is ruim, heeft veel ramen en staat in een rustige buurt waar mensen elkaar vriendelijk groeten. Iedere ochtend visualiseerde ik mijn droomhuis. In mijn gedachten liep ik er doorheen, stond ik voor de ramen en rook de zee en de bossen. Ik hoorde het gekrijs van de meeuwen en aan de andere kant het gekoer van duiven.
Drie weken gingen voorbij. Op een ochtend had ik een afspraak in Kijkduin. Ik was te vroeg en reed wat rond. Mijn oog viel op een mooie flat. Helemaal bovenin zag ik dat een appartement te koop stond. Ik belde naar de makelaar en kon meteen komen kijken. ‘Toevallig’ was de prijs net ruim een ton gezakt, omdat de eigenaar per onmiddellijk geld nodig had. Ik hoefde alleen maar ‘ja’ te zeggen. Ik zei ‘ja’. Inmiddels woon ik in het huis dat ik dus eigenlijk al kende.
Wanneer je de mechanismen van creatie begrijpt, hoef je niet meer te ploeteren om iets voor elkaar te krijgen. Een meer verlicht leven begint met moeiteloze creatie. Als je diep van binnen overtuigd bent van je doel, word je als een magneet: je trekt het gewenste vanzelf naar je toe. Je hebt daarvoor wel diep vertrouwen nodig en je moet overtuigd zijn dat je je doel kunt bereiken.
In zijn klassieke boek Think and Grow Rich analyseert Napoleon Hill het succes van mensen als Thomas Edison, Graham Bell, Henry Ford, Walt Disney en andere roemruchte pioniers. Wat zij gemeenschappelijk hadden, is dat zij overtuigd waren van hun droom. Henry Ford ‘zag’ de auto’s van de lopende band rollen, Edison ‘zag’ de lamp branden. Einstein ‘zag’ de relativiteitstheorie. Hoe krachtiger je je doel visualiseert, hoe krachtiger het beeld wordt verankerd en hoe stelliger je dit uitzendt. Het is dan alleen nog maar een kwestie van tijd voordat je droom zich in de materiële dimensie manifesteert.
Als je gaat visualiseren, richt je aandacht dan niet op de toekomst, maar op het heden. Als je tegen jezelf zegt: ‘ik word gelukkig’, zeg je namelijk impliciet ook dat je nú niet gelukkig bent. Als je gelukkig wilt worden, stel je dan voor dat je het al bént. Zeg tegen jezelf: ‘Ik bén gelukkig’, ‘ik bén rijk’, ‘ik bén gezond’ en ga je er – binnen de zich oprekkende grenzen van de stoffelijke realiteit – naar gedragen. Stel je doelen niet te laag. Wanneer je niet meer vanuit schaarste, maar vanuit overvloed denkt, wordt je wereld steeds overvloediger.
Eigenlijk hoef je dus helemaal niet verlicht te wórden. Je bént het al. Als je dit tot je door laat dringen, maak je een reuzensprong. Je bent in één klap geen zoeker meer, maar een vinder. Je bent niet meer op weg naar iets, je bént er al. Het enige dat je hoeft te doen, is wakker blijven voor het feit dat je al verlicht bent. Dat vraagt om regelmatige momenten van reflectie en dagelijkse oefeningen om je bewustzijn te vergroten. Maak je binnenwereld zo groot, dat de zogenaamde ‘realiteit’ minder vat op je heeft. Blijf dromen, blijf visualiseren, durf te fantaseren en bereid je voor op een wonder!
VERLICHTING IS OEFENEN
Verlichting is oefenen. Je moet het uitproberen. Probeer eens een hele dag lief te zijn. Lief in het verkeer, lief tegen collega’s, liefdevol koken en eten, liefdevol praten, liefdevol luisteren, met liefde stofzuigen. Ga aan het eind van de dag na wanneer het misging en waarom. Of experimenteer eens met hoe het voelt om ín de wereld, maar niet ván de wereld te zijn. Of wees bewust dankbaar voor alles en iedereen op je pad.
Bij experimenteren hoort onvermijdelijk dat je fouten maakt. Ook dat is weer een mooi experiment. Voor veel mensen staat ‘een fout maken’ gelijk aan ‘fout zijn’. Is het nodig om jezelf te straffen als je een fout maakt? Eén ding is zeker: wie geen fouten durft te maken, zal niet groeien. Het wordt natuurlijk anders als je steeds dezelfde fout maakt, maar als je alert bent, hoef je een fout maar één keer te maken. En als je niet alert bent, geeft het leven je wel weer een nieuwe kans. Wees ten aanzien van ‘fouten’ zo lief mogelijk tegen jezelf, straf jezelf niet en glimlach zoveel je kunt.
Er zijn universele principes en spirituele wetmatigheden die je helpen in harmonie met jezelf en het leven te komen. Niet iedereen houdt van studie en dagelijkse oefening, maar het is wel essentieel. Inzicht maakt vrij. Hoe meer je mediteert en studeert, hoe meer kracht je hebt om verlicht te blijven denken in een vaak donkere wereld. Soms voel je je als een vis die tegen de stroom inzwemt. Dat vergt niet alleen kracht, maar je moet bovendien aan vrijwel elke vis die je tegenkomt uitleggen waarom je de andere kant op zwemt.
Oefen om je te richten op je zuivere kern. Hou je bezig met krachtige gedachten en positieve beelden. Richt je niet op je zwakheden en je pijn, anders worden die alleen maar groter. Trouwens, zwakheden en pijn komen tóch wel langs, daarvoor hoef je geen moeite te doen. Herinner je elke dag – voordat je aan je dag begint – wie je werkelijk bent en wat je werkelijk wilt. En leef bewust vanuit deze intentie. Natuurlijk ga je wel eens de mist in en voel je je soms niet zo verlicht. Maar wat dan nog?
VERLICHTING IS EEN BRANDEND VERLANGEN
Toen ik jarenlang van dezelfde leraar spiritueel onderricht had gekregen, kwam er voor mij een moment om uit te testen hoe volwassen ik al was. Was verlichting een geleefde realiteit geworden of was ik vooral braaf bezig lesjes op te dreunen? Ik gooide mijzelf uit het nest en moest vliegen. De stap naar zelfstandigheid hoeft geen puberaal gebeuren te worden, als je beseft dat je het vanuit respect doet. Respect voor de leraar en voor de moedige mannen en vrouwen die ons voorgingen op het pad naar meer verlichting. Wij staan op de schouders van deze reuzen. Het grootste respect dat we hen kunnen tonen, is hun fakkel verder te dragen. Zij hebben het pad bereid en maken de volgende stap mogelijk.
Waar haal je de kracht vandaan om spiritualiteit tot levende realiteit te maken? Uit je passie. Het ‘hemelse’ verlangen naar verlichting moet worden ‘geaard’ door je aardse passie. Je kunt alleen verlicht zijn als je dat met héél je wezen – hoofd, hart, lichaam en ziel – wilt. Je moet het voelen, willen, begrijpen en ademen. Het moet een brandend verlangen zijn. Maak verlichting hoogstpersoonlijk en stort je er met hart en ziel in.
Wanneer je ‘hemel’ en ‘aarde’ met elkaar verbindt, zul je merken dat alle realiteiten (fysiek, emotioneel, mentaal, spiritueel) naast elkaar kunnen bestaan zonder elkaar uit te sluiten. Je leeft dan vanuit het grootst mogelijke perspectief. Je denkt inclusief – in termen van en/en, in plaats van of/of. Je leeft dan gelijktijdig vanuit je hoofd én vanuit je hart. Je denkt tegelijk heel spiritueel denken én heel materialistisch leven. Je bent een emotioneel wrak, terwijl je spiritueel straalt als een zon. Je gaat fysiek kapot, terwijl je mentaal een ijskast blijft.
Het is – letterlijk – van levensbelang geworden om met passie naar verlichting te streven. Als we niet gepassioneerd zijn om ons bewustzijn te verruimen, is de kans groot dat we ten onder gaan aan de gevolgen van ons bekrompen bewustzijn. Een verlichter bewustzijn lijkt de enig logische volgende evolutionaire stap.
VERLICHTING IS OVERGAVE
Het was altijd Alberts droom geweest om ‘groots en meeslepend’ te leven. Barstensvol idealen, altijd voor anderen klaar staan, alles onder ogen zien, er werkelijk zíjn op ieder moment, helemaal in het heden leven… Maar de laatste tijd had Albert het moeilijk. Hij was zestig en nog steeds was zijn leven niet echt groots en meeslepend. Niets kwam echt van de grond. De energie werd hem op beslissende momenten steeds uit handen geslagen. En daar werd Albert zo moe van. Hij was moe van alles wat hij nog ‘moest’ doen, moe van alle stapels papier en moe van de afwas waar hij zich niet toe kon zetten. Albert was moe van het gevecht met zichzelf.
Onlangs was hij zo moe, dat hij het opgaf. In zijn wanhoop deed hij iets dat hij nog nooit had gedaan. Hij bad tot God, al wist hij niet precies wie dat was. Hij vroeg om hulp. Eindelijk voelde Albert de strijd wegebben. Overgave. Rust. Stilte. En langzaam voelde hij de levenskracht in zich terugstromen. Hij huilde als een klein kind en vroeg God waarom hij hem niet eerder had geholpen. God: ‘Omdat je niet eerder om hulp vroeg.’
Sinds die dag is Albert veranderd. Hij lacht, huilt, straalt en krijgt voor elkaar wat hij altijd heeft gewild. Of het al groots en meeslepend is, weet ik niet, maar toen ik hem laatst in een overvol pannenkoekenrestaurant zag, hoorde ik mijzelf zeggen hoe fantastisch hij eruit zag. En dat de strijd niet voor niets was geweest. En dat hij, getergd en met de rug tegen de muur, eindelijk was geworden wat hij altijd had gewild: een instrument om iets dat groter is dan hemzelf neer te zetten en door te geven.
Toen begon Albert te huilen. Niet een beetje, maar schokschouderend en keihard, zoals kinderen dat soms doen. Er zat niets meer tussen, hij had niets meer te verliezen. Ook ik begon te huilen, overmand door de schoonheid van het moment. Daar zaten we dan, temidden van de pannenkoeken, terwijl kindjes gegeneerd hun moeders aanstootten: ‘Mama, wat doen die mannen raar.’ Na de tranen hebben we een toast uitgebracht op Alberts grootse en meeslepende leven.
Misschien is overgave wel de laatste stap naar verlichting. Overgave aan je eigen grootsheid, overgave aan de schoonheid van het leven, overgave aan de grootsheid van God. Albert beleefde die overgave toen hij bereid was hulp te vragen. Hij was klaar met het gevecht en gaf zich gewonnen. Hij werd nederig en op datzelfde moment begon de levensenergie te stromen. Albert had zichzelf weer aangesloten op de bron.
De laatste tijd ontmoet ik steeds meer mensen die – net als Albert – bereid zijn om zich over te geven. Ze zijn een beetje ‘klaar’ met zichzelf en voelen aan dat er een nieuw tijdperk voor de deur staat, een tijdperk waarin de kleine ‘ik-jes’ (nationaliteit, ras, cultuur, godsdienst, uiterlijk, merk auto, voetbalclub) plaats moeten maken voor een groter ‘wij’. Deze mensen voelen ook aan, dat een ‘verlichtere’ samenleving niet kan worden afgedwongen door revoluties, hervormingen of wetten. Een ‘verlichtere’ samenleving begint ook niet aan de onderhandelingstafel, maar kan alleen voortkomen uit een verlichter bewustzijn.
En dus is het tijd om te springen. Tijd om iets nieuws te creëren, tijd om te luisteren, tijd om te accepteren en tijd om los te laten. Tijd om spiritualiteit te beleven, te visualiseren en te oefenen. Springen is altijd eng. Waar kom je uit? De sprong naar verlichting is extra eng, omdat het voelt alsof je alles kwijtraakt. Wie ben je nog als je je niet meer kunt identificeren met je kleine ‘ik-jes’? Wat ben je nog waard?
Albert weet het antwoord. Toen hij bereid was ‘zichzelf’ over te geven, was hij eindelijk wie hij altijd had willen zijn. Albert was zichzelf. Albert was verlicht.
Attentie: aquariusage
Bron: kristijn.com