De beurs van Moskou is de voorbije maanden ingestort. Maar die beurs stelt niet veel voor en de koopkracht hield tot voor kort stand. Dat is nu anders aan het worden. Na jaren van inkomensgroei wordt er in enkele sectoren al aan de lonen geknabbeld. Het vertrouwen dat alles steeds beter wordt, de basis van Poetins populariteit, is aan het slinken.
Premier Vladimir Poetin, ex- en misschien ook toekomstig president, heeft alvast op een vergadering van zijn partij (Verenigd Rusland) een relanceplan van ca 15 miljard euro aangekondigd.
De partijconventie van "Verenigd Rusland" (21 november) weerspiegelde de vrees van Ruslands elite voor de omvang en de gevolgen van de crisis. De aanwezigen op die conventie zijn vooral lieden van het apparaat en zakenlieden die onder Poetin rijk of nog rijker zijn geworden. Nu groeit er een besef dat die rijkdom misschien een wankele basis heeft. Er vielen harde cijfers te horen. In september en oktober had de Centrale Bank 57,5 miljard dollar uitgetrokken om de val van de roebel enigszins af te remmen. Er was 185 miljard dollar naar de banksector gevloeid "om de roblemen van liquiditeit en stabiliteit" te verhelpen – om een lawine van faillissementen te verhinderen. De voorbije jaren dankzij de hoge olieprijzen opgebouwde deviezenreserves waren in korte tijd met 97,6 miljard dollar geslonken.
Risico’s
Om de pil te vergulden en de bevolking wat te paaien, kwam Poetin met een relanceplan van 20 miljard dollar. En met toezeggingen voor de vele Russen die het met minder moeten stellen. De pensioenen gaan wat omhoog, de werkloosheidsuitkeringen verhoogt met ca 24 € per maand, zodat ze stijgt tot ca 135 €. In de grote steden kan niemand met zo een bedrag de eindjes aan elkaar knopen.
Totnogtoe was er sinds Poetins aantreden begin 2000 weinig sociale contestatie. Als er al protesten zijn, bleven die beperkt tot een bedrijf of regio. Maar wat als het vertrouwen ineens wegsmelt? Nu is er al acht jaar een onomstreden autoriteit die alle krediet kreeg voor de goede gang van zaken en die dan ook zal verantwoordelijk geacht worden als het slecht gaat.
De oppositie is zwak, er zijn geen sterke nationale organisaties die bij te verwachten onvrede op eigen kracht kunnen mobiliseren. Maar het Kremlin neemt liever geen risico’s. Vandaar de inderhaast voorgestelde herziening van de grondwet van de Russische Federatie. De president zal voortaan voor zes in plaats van vier jaar verkozen worden. En hij (onwaarschijnlijk dat het een zij wordt) zal daar nog veel termijnen kunnen bijdoen. Die grondwetswijziging is volgens een democratisch proces verlopen, met overweldigende meerderheid goedgekeurd door het parlement dat zelf ook uit gekozenen bestaat. Maar weinigen die eraan twijfelen dat dit de deur openzet voor een zeer lang presidentschap van Vladimir Poetin, nu tijdelijk eerste minister na acht jaar lang president te zijn geweest.
Poetin had vorig jaar, naar het einde van zijn tweede mandaat, die grondwet ook al kunnen aanpassen om er nog enkele termijnen aan toe te voegen. Hij was erg populair en het parlement stond klaar om dat massaal goed te keuren. Maar Poetin vergenoegde er zich mee een trouwe medewerker, Dimitri Medvedev, als opvolger aan te duiden. Om zelf genoegen te nemen met de post van de premier – wiens bevoegdheden hij wel uitbreidde.
Olieramp
Intussen is er in de wereld dus wel een en ander veranderd. Poetin staat in de ogen van veel Russen nog altijd gelijk met hersteld vertrouwen als natie en groeiende welvaart. Die groeiende welvaart had dan wel zeer veel te maken met de grote opbrengsten van olie en gas. Maar vooral de olieprijzen zijn de jongste tijd ineens sterk gaan dalen, van een top, van 146 dollar per vat naar nauwelijks iets meer dan 50. En nu al gaan speculanten ervan uit dat dit eind januari slechts 30 dollar zal zijn. Maar Moskou is in zijn plannen van begroting en economische vooruitzichten uitgegaan van minstens 70 dollar. Bovendien zijn ook de prijzen van allerlei grondstoffen en metalen (nikkel, aluminium…) sterk gaan dalen, terwijl de vraag naar Russisch staal slinkt. Het sprookje is, althans tijdelijk, voorbij.
Maar sommigen in het Westen nemen hun wensen voor werkelijkheid als ze het over een instorting van de Russische economie en financiën hebben. Rusland heeft met 484 miljard dollar de derde grootste deviezenreserve ter wereld (na Japan en China). Minister van Financiën Alexei Koedryn is wel erg pessimistisch, hij voorziet dat de financiële crisis erger wordt dan die van 1998. Maar deze keer hebben we grote reserves omdat op te vangen, aldus de minister.
Dit jaar zal de begroting een overschot hebben dat gelijkstaat aan 11% van het Bruto binnenlands product. Crisis op de beurs in Moskou? Die beurs stelt erg weinig voor. De banken hebben ernstige problemen, maar geen rommelkredieten. Het ergste is de daling van buitenlandse investeringen. Maar de staat heeft genoeg reserves om dat voorlopig enigszins op te vangen. De staat stapt in bedrijven met moeilijkheden en neemt zelf initiatieven. Het gevolg is een groeiende rol van de staat in de economie.
Voorbereid
De groei zal hoe dan ook afnemen, maar zelfs pessimisten voorzien nog 4% groei. Toch wil het Kremlin geen risico’s nemen. Er dreigen problemen in bepaalde sectoren als de staalnijverheid en de automobielsector, en dat kan tot sociale problemen leiden. De problemen kunnen vooral uit sociale hoek komen. Er zijn al enkele stakingen geweest, onder meer bij Ford, waaruit toch een zekere weerstand bleek. Ook de sociale oppositie is zwak en versnipperd, maar bij een stagnatie van de economie met risico’s op loonblokkeringen en werkloosheid, zijn uitbarstingen niet uitgesloten.
Het Kremlin wil er alleszins op voorbereid zijn de maatschappelijke orde, deze keer wel een kapitalistische, te handhaven. Temeer omdat de huidige regeerders tot over hun oren mee in de uitbuiting zitten, als bedrijfsbeheerders of aandeelhouders. Zij hebben dus ook hun eigen aanzienlijke belangen te verdedigen.
Ze beschikken daartoe wel over zeer veel middelen. Met hun controle over tv, radio en de meeste geschreven media, hebben ze natuurlijk een machtig wapen in handen, oppositiestemmen komen in die media weinig aan bod. Als dat toch gebeurt, is er nog altijd de wet op "de beteugeling van extremisme" en de federale dienst"voor controle op de media en de communicatie". De krant ‘Vedemosti’ weet er alles van. Omdat het blad een artikel had gepubliceerd dat naar de smaak van het Kremlin "te pessimistisch" was over de economische vooruitzichten, kreeg Vedemosti van de federale controledienst een ernstige waarschuwing. Dat is niet zomaar een lichte maatregel, want als er een tweede volgt kan dat neerkomen op de sluiting van het blad.
Het Kremlin heeft ook allerlei maatschappelijke organisaties in handen. Poetin heeft met ‘Verenigd Rusland’ een stevig ingepland partijapparaat uitgebouwd, er zijn grote jeugdbewegingen van Poetins aanbidders, de Russisch Orthodoxe kerk doet haar duit in het zakje (en in haar eigen zakje).
Daarnaast zijn er natuurlijk de repressiemiddelen voor het geval er toch onrust komt. Er zijn de speciale ordediensten speciaal voor het onderdrukken van wat de overheid als onrust beschouwt. Er is de FSB, de geheime dienst waarvan Poetin vroeger de leiding had en die ervaring heeft in "speciale operaties". Er zijn allerlei milities en groepjes die vuile karweien kunnen opknappen, zoals het vermoorden van lastige journalisten (zie Anna Politkovskaja). Van journalisten gesproken: in Tsjetsjenië is een goede vriend van Poetin, Ramzan Kadyrov, president van Tsjetsjenië, uitgeroepen tot ‘journalist-emeritus’. "U bent een vijand van het Tsjetsjeense volk" had Kadyrov in 2004 dreigend naar Politkovskaja geroepen…Hij leidt een militie van 18.000 manschappen die bekend staat om haar wreedheid.
Regio’s
Het Kremlin ziet nog een andere dreiging opduiken: de regionale baronnen. President Medvedev ontstak in woede toen Joeri Loezjkov, de burgemeester van Moskou, zei dat men de bevolking weer moet laten kiezen voor de post van gouverneur van de regio’s. Loezjkov zei dat hij verkeerd begrepen was. Maar de boze reactie van Medvedev maakte duidelijk dat het Kremlin er niet gerust in is.
Loezjkov is een van die lokale potentaten die over een eigen machtsapparaat beschikken en dus niet op het Kremlin moeten steunen. Vanaf 2004 worden de gouverneurs van de regio’s weliswaar door het Kremlin aangesteld. Maar in sommige regio’s (bijv. Moskou, Tatarstan, Sverdlovsk) kan het de lokale machthebbers moeilijk negeren.
De president van Tatarstan, Mintimer Sjaymijev, liet trouwens ook van zich horen. Hij reageerde zeer ontstemd op een project van de centrale regering om het taalonderwijs te hervormen. Een deel van de Tataarse taallessen zouden buiten de normale lesuren vallen. Dat kan Sjaymijev wellicht weinig schelen, maar het is tekenend dat hij van die gelegenheid gebruik maakte om Moskou diets te maken dat hij op zijn autonomie gesteld is.
Die regionale machthebbers gaan ervan uit dat de crisis het centraal gezag verzwakt en zij meer ruimte krijgen om hun eigen belangen uit te breiden. Meestal zijn dat zeer tastbare financiële belangen.
Wapens
Intussen wordt ook het budget voor het leger sterk verhoogd. Een echte luxe is dat wel niet, want met de Russische strijdkrachten is het nog altijd niet goed gesteld. Het succes van de operaties in Georgië zijn in dat opzicht een beetje misleidend. Het leger gaf daar een indruk van een efficiënte, goed opgeleide en gedisciplineerde strijdmacht. Het ging hier wel om manschappen die kort daarvoor hadden deelgenomen aan de operatie ‘Kaukasus 08’, speciaal met het oog op operaties in de Kaukasus.
De militaire uitgaven zijn nu gestegen tot ca 30 miljard dollar, maar dat is slechts vijf percent van de militaire uitgaven van de Verenigde Staten. Bovendien verdwijnt een groot deel van dat geld in de corruptie, want sommige generaals zien de strijdkrachten nog altijd als een bron van extra inkomsten. Het is niet meer zo erg als onder president Jeltsin toen generaals tanks en vliegtuigen verkochten en soldaten "verhuurden", maar de stal is nog niet uitgemest. Het leger is intussen wel gekrompen van 2,7 miljoen tot één miljoen manschappen in het kader van een professionalisering. Er staat een grote hervorming op stapel, maar die stuit op grote weerstand van de oude garde.
Obama
Moskou heeft twee militaire prioriteiten. Troepen die kunnen optreden in klassieke lokale conflicten als in Georgië. En vooral de nucleaire bewapening. Want het is ook door zijn nucleair wapenarsenaal dat Rusland meetelt in de wereld. Barack Obama zal daar trouwens als president snel mee worden geconfronteerd, want eind volgend jaar komt het zogenaamd Start-akkoord van 1991, over de beperking van het kernwapenarsenaal, te vervallen. Volgend jaar moeten Washington en Moskou normaal dus ernstig onderhandelen over die kernwapenarsenalen.
Moskou weet blijkbaar niet goed hoe op die nieuwe Amerikaanse president te reageren. Het duurde wel even eer Medvedev Obama gelukwenste. Eerder had hij gewaarschuwd dat Rusland Iskanderraketten in de regio Kaliningrad (enclave tussen Polen en Litouwen) zou opstellen, als antwoord op het rakettenschild dat de VS in Polen en Tsjechië. Maar Obama heeft ernstige twijfels aan het nut van dat schild, want die plannen zijn uitgebroed door lieden in Washington die de wapenindustrie een extra willen bezorgen. Ook de Franse president Nicolas Sarkozy uitte intussen al zijn twijfels over dat schild. Hij zou ook hier willen bemiddelen, maar Obama zal dat allicht wel zelf afhandelen.
In Moskou wacht men af of Obama inderdaad een ommekeer zal betekenen. Rusland vindt dat de regering Bush de internationale verhoudingen heeft ‘geremilitariseerd’, dat ze dus meer haar militairen overmacht heeft uitgespeeld tegenover de anderen. Er is het rakettenschild in Centraal-Europa, het feit dat de Amerikanen de Georgische president Saakasjvili hebben aangespoord om Zuid-Ossetië binnen te vallen en vooral het feit dat de NAVO verder wil uitbreiden,, liefst met Oekraïne erbij. Vanuit Moskou bekeken komt dat neer op de oude omsingelingsvrees. Vandaar ook de nauwere samenwerking met China om dat te doorbreken. Zal Obama in die richting van remilitarisering verder gaan? Niemand die het goed weet, Moskou kan alleen maar afwachten. In die afwachting neemt men het zekere voor het onzekere, het wil niet weer naar de tijd van Jeltsin (1991-1999) toen vriendschap met het Westen de ene vernedering na de andere bracht.
door Freddy De Pauw
Bron: Uitpers, nr 104, 2008