Met behulp van de Spitzer Space Telescope hebben astronomen een fundamenteel kosmisch raadsel opgelost. Dit raadsel heeft betrekking op de verspreiding van sterren in een sterrenstelsel. Jonge sterren worden meestal geboren in compacte clusters. Grote spiraalstelsels kennen echter een regelmatige structuur, waarbij de oudere sterren min of meer gelijkmatig verdeeld zijn - zonder de granulaire, klonterige structuur die je zou verwachten aan de hand van de verspreiding van de jonge sterren.
Nu heeft men in verre sterrenstelsels talloze "sterrenrivieren" gevonden - uitgestrekte stromen van jonge sterren, die hun bron in jonge sterrenclusters hebben.
Astronomen weten dat jonge sterrenclusters na verloop van tijd (meestal een paar honderd miljoen jaar) uiteen vallen. Er zijn verscheidene mechanismen opgesteld om dit te verklaren: sommige clusters verdampen als gevolg van willekeurige inwendige bewegingen, waardoor de sterren één voor één eruit getrapt worden. Andere clusters vallen uiteen als gevolg van botsingen tussen de uitgestrekte gaswolken waaruit de clusters ontstaan zijn.
De waarnemingen van Spitzer hebben geresulteerd in een nieuw mechanisme dat op grotere schaal actief is. Dit mechanisme bestaat uit wrijvende en schurende krachten, die het gevolg zijn van de galactische rotatie, die resulteren in het uiteen vallen van de "clusters" van sterrenclusters. Het bewijs voor dit model komt in de vorm van talloze sterrenstromen die zijn aangetroffen in meerdere verre sterrenstelsels. Deze stromen vormen de ontbrekende schakel in ons begrip van de evolutie van spiraalstelsels en laten zien op welke wijze deze sterrenstelsels hun huidige vorm verkregen hebben.
Bron: Spitzer Space Telescope
Bron: astrostart