Voorstanders en critici van gentechnologie in de landbouw zijn het meestal over een ding eens: De technologie is indrukwekkend, of het nu goed of slecht is.

Vandaag heeft de Unie van Bezorgde Wetenschappers de gelederen verbroken en beweerden dat de genetische manipulatie gewoon ineffectief is, althans in toenemende gewasopbrengsten.

UCS’s Doug Gurian-Sherman doorzocht de wetenschappelijke literatuur voor zij aan zij vergelijking van conventionele en genetisch gemanipuleerde lijnen van maïs en soja. Hij vond in bijna alle gevallen dat genetisch gemanipuleerde gewassen geen grotere oogst produceerden.

De enige uitzondering was insectresistente Bt-maïs, dat alleen hogere opbrengsten produceerde wanneer naburige percelen van conventionele maïs leden aan de plaag van een worm de Europese maïsboorder genaamd. Gewasopbrengst is sterk toegenomen in de afgelopen tien jaar, zegt hij, maar bijna alles van die stijging is te wijten aan de traditionele plantenveredeling of andere landbouwpraktijken.

Deze resultaten zullen meeste landbouwers niet verbazen. Zij planten gewassen die genetisch gemodificeerd zijn om doses van het herbicide glyfosaat (algemeen bekend als Roundup) te tolereren, voornamelijk omdat deze eigenschap het soms makkelijker en goedkoper maakt om onkruid te contoleren, niet omdat het rendement toeneemt. Het UCS onderzoek is in plaats daarvan gericht op het algemene publiek in een poging om de beweringen van de biotechnologie-industrie te pareren dat gentechnologie de beste oplossing biedt voor mondiale voedseltekorten.

Originele Bron, ScienceMag.org